vrijdag 3 juni 2011

Aandachtig opruimen, ook als je geen zin hebt


Heb je vaak geen zin om op te ruimen en zie je er tegenop om aan een klus te beginnen? Je doet je opruimklussen met tegenzin, omdat ze ‘nou eenmaal moeten’. Je weet dat het hoort en dat het je wel iets oplevert, bijvoorbeeld een rustig gevoel omdat je je administratie hebt gedaan of een tevreden gevoel als je naar je lege, opgeruimde tafel kijkt. Maar dat is pas achteraf, eerst moet je het nog doen.

Je kunt er ook anders tegenaan kijken. Die tegenzin, die is er nou eenmaal, de klus is er nou eenmaal, maar als je met volle overtuiging aan de slag gaat, dan helpt dat enorm.

Je bereikt dat gevoel van overtuiging door de dingen met aandacht te doen. Als je met aandacht iets doet, dan ben je met je gedachten helemaal bij wat je op dit moment aan het doen bent. Je observeert wat er is in je omgeving en wat je gedachten daar over zijn. Dat doe je zonder een oordeel te hebben. Je stelt vast hoe het is en daar laat je het bij. En vervolgens doe je wat je moet doen.

En dan bedoel ik niet dat je ‘positief moet denken’. Dat zou betekenen dat je niet meer mag denken dat je geen zin hebt of dat je ergens tegenop ziet. Dat is geen doen, als ik je vraag om niet aan een roze olifant te denken, dan zie je in gedachten die olifant al voor je. Je gedachten en gevoelens over opruimen mogen er dus gewoon zijn.

Stel, je gaat je administratie organiseren. ‘Wat een troep!’ denk je bij jezelf, ‘Ik ben wel ontzettend lui dat ik dat niet eerder heb gedaan’. Dat maakt je zin niet groter. Kun je objectief kijken naar wat er is? In principe zijn er alleen stapels papier. Misschien had je die in theorie eerder op kunnen ruimen. Dat heb je niet gedaan en aangezien je de tijd niet terug kunt draaien, kom je niet verder als je jezelf daarover verwijten maakt. Dit is natuurlijk makkelijker gezegd dan gedaan.

Je begint er mee door je woorden te veranderen, ook als dat niet zo voelt. In plaats van troep gebruik je meer neutrale woorden, zoals spullen of stapels. Ik was ooit bij iemand die sprak over ‘rommeldozen’. Op het moment dat we dat veranderden in ‘herinneringsdozen’ werd het voor haar een heel ander verhaal. Verander dus je woorden, dan veranderen je gedachten mee.

Stel dan vast dat je je er niet prettig over voelt dat die stapels er zijn. Dat komt goed uit, want je gaat nu aan de slag om de stapels kleiner te maken. Dat doe je met volle concentratie en aandacht bij de klus. Als je merkt dat je gedachten afdwalen, geen punt, goed dat je het merkt, dan focus je gewoon opnieuw op je administratie.

In het begin hou je dat misschien niet zo lang vol. Plan dus steeds korte periodes om met aandacht te werken en geef jezelf daarna een pauze. Begin klein, met 5 of 10 minuten, hooguit een kwartier. Neem daarna 5 tot 10 minuten pauze. En zo verder.

Na een tijdje merk je misschien dat je na 10 minuten nog makkelijk je aandacht erbij kunt houden. Dan maak je de periode wat langer. De maximale lengte is voor de meeste mensen 20 tot 30 minuten focus per keer. Maar het kan voor jou heel goed korter zijn.

Het mooie is, als je een klus je volle aandacht geeft, dan is het heel lastig om tegelijkertijd nog geen zin te hebben. Dat gaat gewoon niet samen, dat is geen ruimte voor, juist omdat je je helemaal op de klus richt die je aan het doen bent.

En denk nou niet achteraf: ‘verdorie, nou heb ik maar 2 tijdschriften weggedaan, da’s ook niet veel.’ Of ‘nou, dat kan ik duidelijk niet, met aandacht werken, ik hou het hooguit een minuut vol.’ Aandacht kun je trainen, je bent dus aan het oefenen om meer aandacht te hebben. Oefenen is je doel en niet zoveel mogelijk doen.

Misschien denk je ook: wat kan ik nou helemaal doen in 10 minuten? Dat is het mooie van aandacht: je krijgt daarmee veel meer voor elkaar dan je zou denken. Het valt me altijd weer op wat je kunt bereiken in een korte tijd van volle concentratie. Probeer het gewoon en laat je verrassen.

Geen opmerkingen: